Erreurs courantes commises en français par les néerlandophones
Niveau intermédiaire et avancé

  1 1
         
      ↓ ←     Vertaal in het Frans en controleer nadien door hierlangs op "Vertaling" te klikken.       ↓ ←       Klik hier om uw antwoord te controleren. Na een 2de klik zie je terug "Vertaling".
1 Ik geloof niet dat het de moeite waard is er naartoe te gaan.
2 Hij spreekt vlot Frans
3 1) Wees welkom, beste vrienden. || 2) Wees welkom. || 3) Welkom zijn.
4 1) Ik heet u welkom in onze onderneming. || 2) Iemand welkom heten.
5 Hij is steeds modieus gekleed.
6 Hij heeft een goed besluit genomen: veel oefeningen Frans maken. (goed besluit is hier = goed voornemen)
7 Hij heeft de persconferentie bijgewoond.
8 Hij heeft aan alle vergaderingen deelgenomen
9 1) Hij is niet erg sociaal.|| 2) Het is een heel sociaal meisje.
10 1) Neen, op dit ogenblik is zij niet daar. || 2) Op dit ogenblik heb ik veel werk.
11 Op dat ogenblik had ik veel werk. = Toen had ik veel werk = Ik had toen veel werk.